Hoofddoeken bij de politie. Het proefballonnetje van de politie Amsterdam is inmiddels wel helemaal bespoken. Een van de meest heldere geesten van twitter, Marieke Hoogwout, heeft wat mij betreft dit thema de spijker op zijn kop geslagen (volg tip!).
Toch wil ik op bepaalde argumenten toch nog een plasje doen. Omdat ik de beste argumenten onder de douche bedenk, heb ik de zeep er goed van langs gegeven om mijn ergernis rondom dit thema redelijk te kunnen weergeven. Ik ben een zeer schone jongen.
Het is maar een lapje stof, waar maakt je je druk om? Domste der argumenten. Want de afstand tussen a en b is het zelfde als tussen b en a. Als het stukje stof niet belangrijk is, dan kan de hoofddoekdraagster die tijdens haar werk gewoon afdoen. Maar in dit argument zit ook stuk betuttelrascisme verborgen waarvan de honden geen brood lusten. Want voor jou mag het geen probleem zijn, met je gewauwel rondom neutraliteit, maar voor de donkere exoot is het essentieel hoor!
Ik ben voor pluraliteit. Als je voor pluraliteit bent, dan moet je je afvragen of dwingende (!) collectivistische symbolen van collectivistische ideologieën pluraliteit bevorderen of tegenhouden. Pluralisten die zichzelf focussen op het bedienen van minderheidsgroepen hebben in de praktijk nog al een enorme blinde vlek voor de kleinste minderheid: het individu. Denk eens aan deze paradox: als mensen zich nooit kunnen onttrekken aan groepssymbolen, werkt dat wel bevrijdend voor het individu? “Je werkt toch bij de politie? Daar mag je toch een hoofddoek op? waarom doe je dat niet dan?” Collectivistische culturen remmen de onafhankelijke ontplooiing van het individu.
De hoofddoek vinden sommige moslima’s nu eenmaal essentieel voor hun identiteit. Dat is geen argument om van de politie te verwachten om aan de uiterlijke expressie gehoor te geven. In het uniform van je een representant van het instituut in je omgang met de burger.
Religieuzen mogen wat mij betreft geen enkel voorrecht genieten: opvattingen over de werkelijkheid, en de gevolgen van die opvattingen, die uit je privé. In alle vrijheid. Het moet tegelijkertijd doodnormaal zijn om tijdens je werk jezelf te conformeren aan de kledingvoorschriften die daar gelden. Dat je altijd moslim bent en ‘je de hoofddoek niet zomaar af doet’, is geen dus argument dat je jezelf altijd als moslim moet kunnen uiten. Dat heeft geen primaat boven het instituut van politie.
En wat betreft het ”essentieel” zijn. De hijab is een schaamdoek en zedendoek. In gezelschap met alleen vrouwen of mannen van de familie kan hij vaak wel af. Is die essentiële identiteit dan ineens niet belangrijk meer in huiselijke kring? Nu maakt dat voor het wel/niet toestaan bij de politie niet uit, maar ik ben het gepapegaai rondom dit thema nogal zat.
Mensen willen zich graag gerepresenteerd voelen bij de politie. Iemand die dit argument gebruikt, ziet niet in dat hier het gevaar in zit dat burgers alleen op autoriteit reageren wanneer ze zich ”gerepresenteerd voelen”. Is de agente zonder hoefdoek dan ineens niet meer een waardige representant voor de politie? Moet de agente in een wijk met veel orthodoxe moslims dan maar een hoofddoek op om het respect te krijgen? En hoever gaan we? Over hoeveel minderheidsgroepen gaat het?
Het neutrale instituut + uniform is juist de oplossing. Het is aan de integratie-ellende, betuttelgeknuffel en het eindeloze respect te wijten dat dit niet evident is. Want iedere toevoeging aan het uniform is niet alleen een uiting van de agent, maar ook een symbool van het instituut. De agente met hoofddoek is een vertegenwoordiger van de politie. De politie die het prima vindt dat mensen eeuwig gemarteld zullen worden slechts vanwege ongeloof. Daar voel ik me dan weer niet door vertegenwoordigd.
Uitsmijter (en nee, niet van dom-rechts)
Representatie hoort er een beetje bij in een parlementaire representatieve democratie, want dat is Nederland (momenteel tenminste). Dat wil niet zeggen dat je alléén hoeft te luisteren naar mensen waarvan jij vindt dat ze tot jouw arbitraire groep behoren (Links), maar ook niet dat je mensen uitsluit die uitdragen dat ze niet tot jouw arbitraire groep behoren (Rechts).
Ja, we zijn seculier, maar dat hoeft wat mij betreft niet te betekenen dat niemand een geloofssymbool mag dragen. Het belangrijkste is dat ze als ambtenaar in functie herkenbaar zijn. Ik vertrouw een moslima die het lef heeft om bij de politie te gaan er wel op dat ze die hoofddoek uit vrije wil draagt. Het verlost ze – meen ik – van de hedendaagse druk om maar een “lekker wijf” te moeten zijn. Het zou ook kunnen dat veel mannen agentes zonder hoofddoek snel als “lekker wijf” zien in plaats van als hoeder van de wet. Daar zetten ze zich snel overheen als deze hen toch op de bon slingert. Dat zal met het zien van “een hoofddoek” ook het geval zijn.
Immigratie en integratie van een andere cultuur is wennen, zeker ook voor de reeds aanwezige bevolking. Het zien van de hoofddoek als een groepssymbool veroorzaakt het unheimische gevoel dat die persoon “anders” is, maar zich ondertussen wel in jouw territorium bevindt. Dit is een legitiem gevoel met diepe evolutionair psychologische wortels, maar we mogen het voorzichtig loslaten als we echte integratie willen.
Integratie heeft tijd nodig, en wat juist zou kunnen helpen zijn als zodanig herkenbare moslima’s bij de politie. Het beeld dat dit afgeeft is dat ook zij bovenal de rechtsstaat dienen, in weerwil van extremisten, die hen waarschijnlijk met dat uniform aan niet eens meer als moslima zullen zien. De aanval komt namelijk van twee kanten; sommige conservatieve moslims zien hun vrouwen misschien liever überhaupt niet aan het werk. Veel anderen zien (aangemoedigd door Links) de politie als racistische vijand en als “hun” vrouwen daar in dienst gaan, hoe moeten ze de Staat der Nederlanden dan nog bestrijden?
Laat het midden een vriendschappelijke hand uitsteken, want dit hoort een fijne plek te zijn: seculier, maar niet alleen voor ongelovigen.